Gevels
Nhow RAI Amsterdam, Amsterdam (OMA, Van Rossum, Oostingh Staalbouw, © Walter Herfst).
Hoogbouw wordt in dit kader gedefinieerd als > 70 m (voor de hoogste verblijfsvloer). Het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) geeft hiervoor geen prestatie-eisen en wijst er in artikel 4.89 op dat een gelijkwaardig veiligheidsniveau als voor lagere gebouwen moet worden bereikt.
Om indieners en toetsers behulpzaam te zijn dit niveau in te vullen en tijdrovende discussies te voorkomen, heeft SBRCURnet in 2014 de Handreiking Brandveiligheid in hoge gebouwen uitgebracht, waar in de toelichting op artikel 4.89 naar verwezen wordt. De SBRCURNET-praktijkrichtlijn is al veelvuldig toegepast voor het bepalen van de eisen voor hoogbouw. Daarom wordt hier naar deze eisen verwezen.
Voor hoogbouw is de wbdbo-eis (weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag) tussen brandcompartimenten gelijk aan die voor gebouwen die lager zijn dan 70 m, namelijk 60 minuten. Deze eis maakt een brandwerende uitvoering van (delen van) de gevels noodzakelijk. Om welke delen ’t gaat, hangt af van meerdere factoren die een rol spelen in de methode voor het bepalen van de wbdbo.
De bepaling van de wbdbo volgens NEN 6068 blijft ongewijzigd als het gebouw (de bovenste verblijfsvloer) de 70 m-gebouwgrens overschrijdt.
De bepaling verandert wél, zodra het gebouw boven de 20 m uitkomt. Dan is bij het berekenen van de lengten van de uitslaande vlammen geen reductie van de brandomvang meer toegestaan. Bovendien gelden zwaardere criteria voor de hoger gelegen geveldelen die (60 minuten) brandwerend moeten worden uitgevoerd. Deze verzwaring houdt verband met het onbereikbaar zijn van deze geveldelen voor blusvoertuigen.
Daarnaast wordt bij gebouwen boven 70 m doorgaans een sprinklerinstallatie voorgeschreven. Hierdoor wordt de kans op brandoverslag (van verdieping naar verdieping) aanzienlijk verkleind.
Voor meer informatie
Algemeen:
