Eenvoudige methode voor beklede geïntegreerde liggers
Ook bij beklede liggers wordt de vereenvoudigde, conservatieve aanname gedaan dat de temperatuur van het gehele profiel gelijk is aan die van het warmste onderdeel, namelijk de onderflens.
De methode met profielfactoren volgens NEN-EN 1993-1-2 is toepasbaar, met behulp van de vereenvoudigde formule voor de profielfactor:
De correctiefactor k brengt het gunstige effect van de lagere temperaturen van het lijf en van de bovenflens op de draagkracht in rekening.
Voor éénzijdig verhitte profielen is nog geen waarde voor k1 afgeleid. Als veilige benadering kan de waarde voor driezijdig verhitte, beschermde profielen worden aangehouden: k1 = 0,85.
Zie het rekenvoorbeeld.
De methode met profielfactoren leidt voor beschermde liggers tot conservatieve waarden voor de brandwerendheid. Het is echter de enige eenvoudige rekenmethode die op dit moment beschikbaar is.
Bij een gebruikelijke belastinggraad (η < 0,53) en bij een correctiefactor k1 = 0,85 bedraagt de kritieke temperatuur θa;cr altijd 600 °C of meer. Kijk voor k1 η = 0,45 op de pagina materiaalgedrag staal op deze website.
Voor geïntegreerde liggers met een profielfactor van de onderflens in de orde van P = 50 m–1 is minimaal een warmteweerstand Ref = di/λi = 0,07 nodig voor een brandwerendheid van 120 minuten. Zie in de onderstaande afbeelding de grafiek rechtsonder.
Warmteweerstand (Ref) van geïntegreerde liggers, afhankelijk van profielfactor en kritieke staaltemperatuur, bij brandwerendheidseisen van 30, 60, 90 en 120 minuten.
Voor 120 minuten brandwerendheid is minimaal een bekledingsdikte nodig van 14 mm vezelversterkt gips of steenwol, 10 mm silicaat of vermiculiet of 8 mm minerale vezels. De dunste leverbare plaat (10 of 15 mm) is vaak al voldoende voor 120 minuten.